Herkenbaar: je kinderen spelen een wedstrijdje, en je kind ploft in tranen neer op de grond en jammert ‘’ik wil niet verliezen!’’ Je kind was boos op zichzelf omdat het niet voldeed aan een onmogelijke zelfopgelegde norm: ze moest perfect zijn en dus ook winnen. 

Hoewel het woord anders doet vermoeden, betekent perfectionisme niet dat je overal in moet uitblinken. Het gaat om het idee dat je over jezelf hebt en altijd extreem je best moet doen om de beste versie van jezelf te zijn. 

Vaak worden de eigenschappen van perfectionisme duidelijk in de vroege basisschoolleeftijd, op het moment dat ze door hebben dat zij vergeleken kunnen worden met een ander. Stiekem, hoe goed we het ook bedoelen, dragen we vaak ook zelf een steentje bij aan dit perfectionisme. Want zijn we niet ongelofelijk trots wanneer ons kind thuiskomt met een goed rapportcijfer? Of een nieuw record haalt tijdens het sporten? In principe niets mis mee, tot zekere hoogte. Wanneer het tot het uiterste wordt doorgevoerd is perfectionisme namelijk een risicofactor voor het ontwikkelen van stress, angst, depressie en eetstoornissen. 

Het probleem met perfectionisme is dat kinderen die dit ervaren, vaak worstelen met een negatief zelfbeeld, zich gemakkelijk schamen en enorm bang kunnen zijn om iets fout te doen. Vaak zie je dit al op zeer jonge leeftijd terug bij kinderen die aan het kleuren zijn, maar buiten de lijntjes kleuren en vervolgens uit frustratie heel het papier verfrommelen en weggooien. Ook valt het vaak op in de klas, want dit zijn de kinderen die vaak hun taken uitstellen. Het klinkt een beetje tegenstrijdig maar zodra je weet dat ze dit juist doen, zodat je geen risico lopen op het maken van een fout, is het meer dan logisch. 

Als ouder moet je nu niet een fout goed gaan praten, maar wat je wel kan doen is erkenning geven. Leg ze uit dat je begrijpt dat dit niet leuk is, geef ze een knuffel en leg uit dat het niet uitmaakt of je een foutje maakt, iets niet helemaal wil lukken of verliezen. Het gaat erom dat je kind leert beseffen dat deze onprettige gevoelens weer voorbijgaan. Ook is het belangrijk dat je niet alleen je kind feliciteert wanneer het goed presteert, maar juist prijst voor de inspanning die ze leveren. Als ouder heb je een voorbeeldfunctie, probeer eens om hardop tegen jezelf positieve woorden te zeggen zoals ‘’ah, volgende keer beter’’ of ‘’ik doe mijn best, en meer kan ik niet doen, dat is al meer dan voldoende’’. 
Wees het voorbeeld dat je graag wilt zijn. 

Categories: